Bewoners redden stad boven het IJ

Bewoners overleggen in winkelpand Red Amsterdam Noord met onder andere burgemeester Halsema.

Hoe klein protest in twee jaar uitgroeide tot een brede beweging. Het is het bijzondere verhaal van Red Amsterdam Noord (RAN). De invloed van de stichting is inmiddels zo groot dat burgemeester Femke Halsema dit voorjaar spontaan langskwam om bij te praten. ‘Radicale democratie op z’n Noords.’

 

Het begon twee jaar geleden in de Vogelbuurt in Amsterdam-Noord. Daar protesteerden bewoners tegen de omstandigheden in hun slecht onderhouden, slecht geïsoleerde woningen. Al snel hoorden ze vergelijkbare klachten uit andere wijken in Noord, het stadsdeel met 100.000 bewoners ten noorden van rivier het IJ. Ze ontdekten in een niet-openbaar rapport dat nergens in Amsterdam de woningkwaliteit zo slecht is als in hun stadsdeel. Het bevestigde ze in hun gevoel dat de bewoners van de oude wijken in Noord worden achtergesteld. Dat investeringen vooral ten goede komen aan welvarende nieuwkomers in dure nieuwbouwhuizen. Dat het hoog tijd werd samen te vechten voor verandering.

Red Amsterdam Noord (RAN) was geboren. Deze beweging kreeg de afgelopen twee jaar verbazingwekkend snel vleugels, vertellen Sylvia Fennis, Selli Altunterim, Nisha Ramzan en Henk Bharos in het RAN-kantoortje in een winkelrij met Blokker en Kruidvat op het Amsterdamse Mosveld. Ze behoren tot een team van enkele tientallen actieve bewoners die in uiteenlopende werkgroepen meedenken, netwerken, actievoeren en onderhandelen. Het is een diverse club. Van marktkoopman tot academicus, van huurder tot huiseigenaar, meer vrouwen dan mannen, mensen met uiteenlopende roots. Onder de inmiddels dertig aangesloten organisaties bevinden zich een groeiend aantal bewonerscommissies. Met huurdersorganisaties zijn de eerste, aftastende gesprekken gevoerd. ‘Wij staan voor de solidariteit tussen al die verschillende mensen’, zegt Altunterim. ‘Dit is precies ook wat wij missen in het beleid van de stad. Het bestuur is er momenteel vooral voor mensen die het al goed hebben en de wegen binnen het systeem goed kennen.’

De eerste successen van RAN kunnen worden genoteerd: 356 woningen in de Vogelbuurt worden gerenoveerd, 84 bomen aan de IJdoornlaan blijven staan én het grofvuil wordt in het stadsdeel weer wekelijks opgehaald. Ook is RAN mede-initiatiefnemer van een komend, stadsbreed referendum over behoud van het groen in de stad, waarvoor binnen enkele weken de benodigde 10.000 handtekeningen zijn verzameld. De eerste teleurstelling is er ook: RAN werd dit voorjaar overvallen door het nieuws dat de sekswerkers van de Amsterdamse Wallen mogelijk moeten verhuizen naar Noord.

Kappen

Een goed voorbeeld van RAN’s werkwijze is volgens het viertal de geslaagde actie tegen het kappen van 84 bomen langs de brede, drukke IJdoornlaan. Onder het motto ‘kappen met kappen’ wisten actievoerders uit heel Noord op het laatste moment de beoogde bomenkap tegen te gaan. Tegelijkertijd gingen ze praten met de directie van het ziekenhuis dat langs de laan ligt. Daar reageerden ze verbaasd, vertelt Altunterim. ‘Moeten er bomen worden gekapt voor onze ambulances? Welnee, dat is nergens voor nodig. Wij willen juist zoveel mogelijk groen behouden.’ Daarmee kon een belangrijk argument van de gemeente worden weggestreept, zegt Altunterim. ‘Wij konden de ambtenaren vertellen dat ze ons met onzin-argumenten probeerden te overbluffen. Het maakte de onderhandelingspositie van de bewoners sterker.’

Het protest tegen de bomenkap slaagde door deze mix van actievoeren, netwerken en onderhandelen. Het is bovenal de collectieve denkkracht van de achterban waardoor er nu een alternatief wordt uitgevoerd, vertelt Fennis. Er lag in recordtijd een beter plan voor een betere weg met behoud van de bomen. Het plan bewijst volgens haar hoe belangrijk de collectieve, lokale kennis is: ‘Anders dan de snel roulerende ambtenaren delen wij als bewoners een gemeenschappelijke geschiedenis. Wij kennen de mensen, wij kennen de straten. De gemeente begint mede door dit soort acties in te zien dat het dom is daar geen gebruik van te maken.’

Samenwerking

Het Amsterdamse gemeentebestuur heeft veel ideeën van RAN overgenomen in het nieuwe plan Aanpak Noord, het meerjarenplan voor beter wonen, meer groen en gelijke kansen voor alle 100.000 stadsdeelbewoners. Bovendien deed het gemeentebestuur vorig jaar in het nieuwe collegeakkoord de belofte dat het stadsdeel de komende 25 jaar in ‘vergaande samenwerking met bewoners’ wordt aangepakt. Daarbij hoort ook gemeentegeld, waarmee RAN het kantoortje en twee professionele ondersteuners betaalt.

RAN juicht het toe dat de gemeente met het oog op de nieuwe Omgevingswet en de beoogde participatiewet alvast een cultuurverandering in gang heeft gezet. Van informeren en inspreken gaat ook Amsterdam naar consulteren en coproduceren. RAN ziet in de welwillende houding van de gemeente volop kansen, al schuilt er volgens Altunterim ook een belangrijk gevaar: ‘Je moet oppassen dat je niet wordt ingekapseld.’ Hij tekent met zijn wijsvinger een denkbeeldige hark met drie punten: ‘Al snel wilde de gemeente dat wij onze elf actiethema’s terugbrachten tot hun drie vaste beleidsthema’s. Dan paste het beter in het organisatorische harkje waarin zij het werk hebben verdeeld. Dat doen we dus niet. Hoe zij het werk intern willen organiseren moeten ze vooral zelf weten, maar wij houden vast aan onze eigen doelen en onze eigen manier van werken. We zijn geen filiaal van het stadhuis.’

Eigenwijze eigengereidheid is de bewoners van Amsterdam-Noord niet vreemd. ‘Radicale democratie op z’n Noords’, luidt een van de wensen die ze hebben genoteerd in tekstballonnetjes op een blauw bord dat tegen een muur van het RAN-kantoortje staat. De 25-jarige Wet op het overleg huurders verhuurder (WOHV)? De beoogde Wet versterking participatie op decentraal niveau? En de nieuwe Omgevingswet die op 1 januari 2024 in werking treedt? RAN maakt graag gebruik van de mogelijkheden, zolang dat niet betekent dat ze binnen vastomlijnde kaders moeten gaan werken.

Ramzan, die als lid van een bewonerscommissie de regels goed kent: ‘Huisvesting is bijvoorbeeld enorm ingewikkeld geregeld. Ik raak er eindelijk een beetje in thuis en kan er daarom over meepraten. Maar ik begrijp heel goed dat andere bewoners gewoon zeggen: “Dit is wat we willen, dit is hoe het kan en dit is hoe we het samen kunnen doen.”’ Altunterim: ‘En zoeken jullie, goed betaalde mensen bij de gemeente en de corporaties, maar uit binnen welke regels het kan worden uitgevoerd. Als je als bewonersgroep in alles meedraait conform de heersende normen, dan gaat binnen de kortste keren iedereen over de regels en niemand meer over de mensen.’

Gentrificatie

Een van de belangrijkste drijfveren voor RAN is de onvrede over de verdichting en gentrificatie in het stadsdeel, dat van 100.000 tot minstens 150.000 inwoners zou moeten groeien. Terwijl de oorspronkelijke bewoners worstelen met lange wachtlijsten en slecht onderhoud, worden welvarende nieuwkomers met open armen ontvangen. ‘Er wordt gebouwd aan een Noord zonder Noorderlingen, Manhattan aan het IJ’, schreven de grondleggers van RAN twee jaar geleden in hun eerste brandbrief aan de gemeenteraad.

Ramzan en Bharos, leden van een bewonerscommissie in de wijk Banne Buiksloot, zien de gentrificatie voor hun ogen voltrekken. Aan de overzijde van hun sociale huurflats bouwden welvarende gezinnen luxe huizen, met daarachter dure vrijesectorwoningen. ‘Als ze de nieuwe woningen tussen onze flats hadden gebouwd, was het één buurt gebleven’, zegt Ramzan. ‘Nu zijn het twee buurten geworden.’ Tussen de twee werelden ligt een lang, breed plantsoen. Bharos: ‘Een tijdje terug wilde de gemeente er een schommel weghalen, omdat een huiseigenaar klaagde over spelende kinderen. Dan heb je dus zelf een groot huis met een riante achtertuin, maar de kinderen in onze flats gun je hun schommel niet?!’ Hij springt op en keert ons zijn rug toe: ‘Toen mensen van de gemeente me het uitlegden, heb ik ze de rug toegekeerd en gewezen op de zee van ruimte rondom het speelveldje.’ Resultaat? ‘De schommel staat er nog steeds.’

‘We gunnen die mensen aan de goudkust hun welvaart,’ benadrukt Ramzan. ‘Ik ben niet jaloers. Maar de verhoudingen zijn zoek. ‘Een welvarend gezin van buiten de stad kan vandaag nog voor €700.000 een huis aan de overzijde kopen. Terwijl wij al jaren wachten op het onderhoud van onze flats en een buurvrouw na de geboorte van haar gehandicapte kind al drie jaar tevergeefs zoekt naar een aangepaste woning. Dus nee, ik ben niet jaloers, maar ik vind wel dat er meer aandacht moet komen voor de oorspronkelijke bewoners. Wij zeggen tegen zowel de gemeente als de corporaties: knap eerst onze woningen op, voordat je nieuwe gaat bouwen.’

Altunterim: ‘“Ja maar, het gaat toch best goed?” zei laatst een bestuurder van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties bij onze eerste kennismaking. “Hoezo gaat het goed?”, reageerden wij. Amsterdam-Noord heeft het grootste aandeel slecht onderhouden huurwoningen van heel Amsterdam. Er zijn sociale huurwoningen waar huurders letterlijk door de vloer zijn gezakt. Dan kun je toch niet zeggen dat het goed gaat?’ RAN probeert te komen tot een jaarlijkse evaluatie per corporatie en per stadsdeel. ‘Nu zien we alleen de gemiddelden voor alle corporaties in heel de stad’, zegt Altunterim. ‘Wij willen weten hoe elke corporatie in Noord scoort op onderhoud, renovatie et cetera. En aan de gemeente vragen we de corporaties af te rekenen op deze prestaties.’

Woestijn

Een van de uitdagingen voor RAN voor de komende jaren is de participatie bij gebiedsontwikkeling. Een afschrikwekkend voorbeeld is de wijk Elzenhagen, waar tweeduizend bomen het veld hebben geruimd voor nieuwe woningen. Wie de glanzende brochures van de projectontwikkelaars doorbladert, ziet groene daken. ‘Op de grond is het een woestijn’, zegt Ramzan. Het is voor Fennis het bewijs dat bewonersparticipatie in gebiedsontwikkeling broodnodig is: ‘Wie verzint nou een nieuwe woonwijk zonder gebruik te maken van het bestaande groen? Dat kan alleen worden bedacht vanachter de tekentafel. Iedereen die daar het oude sportpark en volkstuinencomplex kent, zou zoiets nooit doen.’

Evenals in andere gemeenten wordt het in Amsterdam spannend hoe de participatie bij gebiedsontwikkeling zal verlopen. De gemeenteraad heeft de vrijheid het voor elk omgevingsplan anders vorm te geven. De ervaring met de lange IJdoornlaan smaakt naar meer. Graag denkt RAN vanaf het allerprilste begin mee over nieuwe plannen. Op sombere momenten vreest Fennis echter dat één groep het meest zal profiteren van de nieuwe Omgevingswet: de projectontwikkelaars. Die kunnen dankzij de nieuwe wet op geheel eigen wijze de buurtbewoners gaan raadplegen.

Een nijpend tekort aan deskundige ambtenaren speelt de goed georganiseerde projectontwikkelaars in de kaart, vreest Fennis: ‘We zien nu al in Noord de eerste projectontwikkelaar die er misbruik van probeert te maken. Die baalt ervan dat zijn project door personeelstekorten bij de gemeente on hold is gezet en is nu zelf een soort van participatietraject met bewoners begonnen. Dat irriteert de bewoners en dat irriteert ook de gemeente, maar als we niet oppassen is het best lastig de projectontwikkelaar af te stoppen.’

Wallen

Hoe teer de bewonersparticipatie is, bleek dit voorjaar. RAN moest uit de krant vernemen dat de Amsterdamse Wallen mogelijk worden verplaatst naar een oude scheepswerf in Noord. De ophef over het nieuw te bouwen ‘erotisch centrum’ was groot. Ramzan: ‘Kleine, zelfstandige ondernemers worden Noord uitgejaagd, maar voor zo’n grote, nieuwe onderneming blijkt plots alle ruimte.’ RAN onderschrijft dat sekswerkers een veilige plek moet worden geboden, maar vreest de overlast van lallende toeristen en criminelen die nu het leven op de Wallen vergallen.

Het steekt de Noordelingen dat de stad voor de zoveelste keer de problemen over het IJ richting Noord gooit. Van fabriek tot jeugdhotel: het stadsbestuur weet voor elders ongewilde projecten altijd weer een plek in Noord te vinden, zegt Fennis. ‘Maar nee is ditmaal echt nee.’ Hoe sterk de positie van RAN is, bleek toen de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema spontaan op het RAN-kantoortje langskwam om de prille ruzie uit te praten. Daarin is ze niet geslaagd. Fennis: ‘Hoe kun je nou met z’n allen twee jaar werken aan herstel van vertrouwen en dan van de ene op de andere dag deze overval plegen?’

Het gesprek over de verhuizing van de Wallen deed Altunterim terugdenken aan de eerste vergadering met ambtenaren twee jaar geleden. ‘Jullie zijn van de emoties. Wij zijn van de feiten’, citeert hij de ambtenaren. Altunterim legt zijn hoofd in zijn rechterhand: ‘Een kwartier later zaten ze allemaal zo.’ Deemoedig moesten de ambtenaren erkennen dat ze in het eerste kwartier meer feiten kregen voorgeschoteld dan ze zelf in maanden hadden verzameld. Wat de ambtenaren eerder leerden ter voorbereiding van traditionele inspraakavonden met boze buurtbewoners, blijkt geen goede instelling voor participatiebijeenkomsten waarin bewoners meedenken in plaats van inspreken. Altunterim: ‘Enkelen van ons geven de ambtenaren nu trainingen in participeren.’

Zodra het lastig wordt, hoort RAN van ambtenaren standaard hetzelfde verhaal: ‘Ja maar, wij zitten vast in het systeem.’ Dat is volgens Altunterim een excuus dat in vergaderingen continu voorbijkomt: ‘Of we nu spreken met wethouders, corporatiebestuurders of ambtenaren. Systeem, systeem, systeem. Wat nou systeem? Alsof het een natuurverschijnsel is. Alsof we gewoon op de oude weg kunnen doorgaan. De urgentie wordt nog niet door iedereen gevoeld.’

Wat dat aangaat, wordt het spannend of RAN werkelijk de komende jaren Amsterdam-Noord gaat redden. Het viertal is ervan overtuigd daarin te gaan slagen. Ze signaleren dat ook een deel van de ambtenaren verlangt naar alternatieven voor de bestaande gang van zaken met de vierjarige cyclus van verkiezing tot verkiezing. Hoe die alternatieven er zullen uitzien? Fennis hoopt nog veel onontgonnen wegen te bewandelen. Gemopper op RAN-vergaderingen dat na een succes vaak een tegenslag volgt, pareert zij met een vaste, relativerende oproep: ‘We moeten vooruit struikelen.’

Dit is een artikel in Huurpeil 2, 2023. Tekst: Ron van Gelderen

Huurpeil

Abonnement Huurpeil

De Woonbond is er voor huurders en hun organisaties!

Word nu lid en profiteer van alle voordelen