Meteen naar de content

Huurverhoging bij renovatie

Als je huis wordt gerenoveerd, mag de verhuurder – buiten de ‘normale’ jaarlijkse huurverhoging – een tussentijdse huurverhoging doorvoeren. Wat is redelijk?

De verhuurder is volgens de wet (artikel 255 van Burgerlijk Wetboek 7) verplicht aan te tonen dat de huurverhoging na renovatie ‘redelijk’ is. Letterlijk zegt de wet dat de huurverhoging ‘in redelijke verhouding’ moet staat tot de kosten die de verhuurder gemaakt heeft.

Kosten gedeeld door levensduur

Dit komt er grofweg op neer dat de verhuurder de kosten van de renovatie (zoals arbeidsloon, materiaalkosten, financieringskosten) deelt door de levensduur van de verbeteringen in jaren. En daarna door twaalf om te komen tot de maandelijkse huurverhoging. Een rekensom als voorbeeld:

  • de verbeteringen kosten € 20.000 en gaan 25 jaar mee
  • de kosten per jaar zijn dus € 800 ( 20000 : 25 = 800)
  • een huurverhoging van € 75 is dan redelijk ( 800 : 12 = 75)

Huurverhoging onderbouwen

De verhuurder moet de huurverhoging kunnen onderbouwen. Als het goed is gebeurt dat in overleg met de bewonerscommissie. Verhuurders zijn niet wettelijk verplicht om te laten zien hoe ze de huurverhoging berekenen, maar het ligt wel zeer voor de hand. Huurders kunnen de redelijkheid van de huurverhoging namelijk laten toetsen door de Huurcommissie of de rechter. In dat geval zal de verhuurder sowieso de huurverhoging moeten onderbouwen.

Grenzen aan huurverhoging

  • De renovatie mag de huurprijs van een sociale huurwoning niet hoger maken dan de maximaal toegestane huurprijs volgens het puntenstelsel.
  • Woningcorporaties moeten bij het bepalen van de huurverhoging na een renovatie ook rekening houden met de normen voor ‘passend toewijzen’.