Einde voorrang statushouders lost niets op

In een reactie op het wetsvoorstel stelt de Woonbond dat het voorstel slecht is onderbouwd en dat het negatieve sentimenten over vluchtelingen met een verblijfsvergunning aanwakkert.

Voorstel helpt niet bij oplossen woningtekort

Veel mensen in Nederland kunnen lastig een sociale huurwoning vinden en de wachttijden zijn enorm. Volgens de Woonbond is zorgen voor méér sociale huurwoningen de echte oplossing en past het niet één groep woningzoekers de schuld van de woningnood in de schoenen te schuiven. De Woonbond pleit ervoor om 40% van alle nieuwbouw sociaal te verhuren en de sloop, verkoop en liberalisatie van sociale huurwoningen fors te beperken. Zodat iedereen die een sociale huurwoning nodig heeft aan de beurt komt, of het nou jongeren, ouderen, kwetsbaren of statushouders zijn.

Hoge maatschappelijke kosten

De Woonbond wijst er ook op dat intrekken van de voorrang voor statushouders hoge maatschappelijke kosten met zich meebrengt. Als statushouders veel langer in de opvang moeten blijven belemmert dat hun integratie en leidt het tot extra uitgaven voor zorg en sociale zekerheid. Regelen van extra asielopvang of onderbrengen van statushouders in de daklozenopvang is bovendien veel duurder dan realiseren van reguliere huisvesting.

Gemeenten roepen op voorstel in te trekken

De Woonbond is niet de enige met forse kritiek op het wetsvoorstel. Zestien gemeenten die gezamenlijk een reactie formuleerden roepen de minister op om het  voorstel “met spoed in te trekken”. Zij noemen het voorstel ‘onmenselijk en een schijnoplossing’ en betogen dat afschaffen van de voorrang tot overvolle opvangcentra gaat leiden, en dus tot hoge kosten en meer mensen op straat.

Zorgen bij woningcorporaties

Ook de koepel van woningcorporaties Aedes reageert kritisch op het voorstel en laat weten zich er grote zorgen over te maken. Aedes stelt onder andere dat het vele geld dat naar noodopvang gaat, beter gebruikt kan worden om woningen te realiseren voor statushouders en andere urgent woningzoekenden.

Voorstel in consultatie

Het voorstel van Keijzer is nog tot 16 maart ‘in consultatie’. Dat betekent dat iedereen die dat wil er online op kan reageren. De minister bekijkt de reacties en past het voorstel mogelijk nog aan. Vervolgens gaat er een definitief wetsvoorstel naar de Raad van State voor advies. Daarna is de Tweede Kamer aan de beurt om erover te debatteren.