In het onderzoek komt ook naar voren dat zo’n 84% procent van de kiezers vindt dat de huurverhoging sowieso niet hoger mag zijn dan inflatie. Als dit gevolgd zou worden door de partijen op wie zij gestemd hebben, zou de huurverhoging beperkt blijven tot 3,1%.

Daarnaast vindt twee derde van de kiezers dat er publiek geïnvesteerd moet worden in nieuwbouw van sociale huur. Meer dan de helft van de kiezers vindt dat we landelijk gemiddeld minimaal 40% sociale huur zouden moeten bouwen en 69% vindt dat in elke gemeente tenminste een derde van de woningvoorraad een sociale huurwoning hoort te zijn. Ook zou de winstbelasting van corporaties moeten worden afgeschaft om meer sociale huur te bouwen.

Huurexplosie staat haaks op verkiezingsbeloften

‘De kiezer wil investeringen in een grotere én betaalbare sociale huursector waar lagere en middeninkomens goed kunnen wonen. De coalitiepartijen hebben dit bij de verkiezingen ook beloofd,’ vat Woonbonddirecteur Zeno Winkels het kiezersonderzoek samen. ‘Ondertussen blijft de nodige nieuwbouw van sociale huurwoningen uit en dreigt er opnieuw een enorme huurexplosie in de sociale huursector.’ De Woonbond pleit ervoor om het oplossen van het woningtekort niet alleen te laten betalen door sociale huurders met steeds hogere huurprijzen, maar door als overheid te investeren in sociale woningbouw.

Hogere inkomensgrens voor brede volkshuisvesting

Ook is er een grote meerderheid voor het verhogen van de inkomensgrens van sociale huur, zodat meer huishoudens een sociale huurwoning kunnen huren. Winkels: ‘De sociale huurgrens ligt al op 900 euro. Voor veel mensen is een hogere huur niet te betalen. Met een grotere en bredere sociale huursector werken we weer aan volkshuisvesting die voor ons allemaal is en verwezenlijken we het grondrecht op een betaalbare woning.’