Meteen naar de content

Bewonerscommissie oprichten bij sloop of renovatie

Goed en veilig wonen Huurders staan bij onderhoud, sloop of renovatie sterker als ze hun krachten bundelen in een bewonerscommissie. Waarom is dat? Wat is een bewonerscommissie? En als die er nog niet is voor je complex, hoe richt je een bewonerscommissie op?

De bewonerscommissie staat bij sloop, onderhoud of renovatie veel sterker dan individuele huurders omdat ze een aantal wettelijke rechten heeft. Die zijn geregeld in de Wet op het overleg huurders verhuurders, kortweg Overlegwet. Welke rechten (en plichten) dat zijn, lees je hier.

25 of meer woningen

Je kunt een bewonerscommissie oprichten wanneer je wilt, maar als het om een wooncomplex van 25 of meer woningen gaat, kun je een aantal rechten claimen op basis van de Overlegwet. Die 25 of meer woningen moeten op de een of andere manier een eenheid vormen en in elkaars nabijheid liggen. Deze bewonerscommissie vertegenwoordigt dan de belangen van alle huurders in dat wooncomplex.

1 commissie per complex of 1 commissie per project

Zijn bij een sloop- of renovatieproject meerdere complexen betrokken, dan bestaan in die complexen misschien al bewonerscommissies. Zijn ze er niet, dan is het zaak ze op te richten. Je kunt voor elk complex een aparte bewonerscommissie oprichten. De commissies kunnen dan samen optrekken in het overleg met de verhuurder. Maar je kunt ook één (tijdelijke) commissie oprichten voor alle te slopen of renoveren complexen.

De Overlegwet geldt voor alle verhuurders. Een bewonerscommissie bij een commerciële verhuurder heeft dus dezelfde rechten als die bij een woningcorporatie.

Stichting of vereniging niet noodzakelijk

Een bewonerscommissie hoeft geen rechtsvorm te hebben. Ook als je geen stichting of vereniging bent, kun je een beroep doen op de rechten uit de Overlegwet. Om een bewonerscommissie op te richten, heb je dus niet meer nodig dan een paar actieve bewoners die zich verenigen. Die moeten dan wel onderling hun taken verdelen, afspraken maken over hoe ze werken en bepalen hoe ze de andere huurders in het complex bij hun werk betrekken. Zeker dat laatste is essentieel om een beroep te kunnen doen op de Overlegwet.

Rechtsvorm heeft wel voordelen

Het oprichten van een stichting of vereniging brengt administratieve rompslomp en kosten met zich mee. Je moet er namelijk voor naar een notaris. Toch heeft een rechtsvorm ook voordelen. Sommige verhuurders nemen je eerder serieus. En je kunt als vereniging of stichting een rechtszaak voeren tegen je verhuurder, als je vindt dat deze het proces van de sloop of renovatie niet goed aanpakt.

Vraag hulp bij huurdersorganisatie

Wil je een rechtsvorm oprichten, vraag dan aan de centrale huurdersorganisatie van je verhuurder of deze je kan helpen. Bijvoorbeeld door een bevriende (goedkopere) notaris te zoeken of door de oprichtingskosten te betalen. Dat laatste kun je overigens ook vragen aan je verhuurder. De verhuurder is min of meer verplicht deze kosten te dragen.

Verhuurder moet faciliteren

Je verhuurder moet erkennen dat je bewonerscommissie voldoende ‘representatief’ is. Dat wil zeggen dat de commissie inderdaad de belangen vertegenwoordigt van alle huurders in het complex en dat ook aan kan tonen. Als dat zo is, moet de verhuurder het mogelijk maken dat de bewonerscommissie haar werk kan doen.

Faciliteren kan op veel manieren

De Overlegwet zegt niet hoe dit ‘faciliteren’ vorm moet krijgen. Je verhuurder kan bijvoorbeeld een ruimte beschikbaar stellen in een wijkkantoor. Of de mogelijkheid bieden kosteloos vergaderstukken te kopiëren. Je verhuurder kan je commissie ook een vergoeding verstrekken voor haar activiteiten en/of om deskundige ondersteuning in te huren. Die vergoeding kan overigens ook worden verstrekt via de centrale huurdersorganisatie.